Nieuws

08-02

Deze week was het op de school van Puffelmans Junior tijd voor de doorstroomtoets. Vroeger heette die de Citotoets, en in mijn tijd hing er nogal wat af van die toets: je percentielscore voor die ene toets bepaalde of je het dwingend advies vbo, mavo, havo of vwo kreeg. Als je die week een paar slechte dagen had, dan kon het zomaar zijn dat je een ander advies kreeg dan wat bij jou paste. En dat kan erg pijnlijk zijn: in de vwo-groep die vorig jaar bij mij op school een diploma haalde, zat een jongen die in groep 8 kader-advies had gekregen, en hij was de eerste jaren van zijn middelbareschooltijd vooral bezig geweest op te klimmen naar het niveau dat bij hem paste - iets wat je niemand gunt.

Tegenwoordig gaat zo’n doorstroomtoets echter heel anders. Het schooladvies is ruim voor de toetsdatum al gegeven, en de toets wordt eigenlijk alleen nog maar gebruikt om dat advies te bevestigen. De toets kan hooguit gebruikt worden om het advies naar boven bij te stellen als blijkt dat de leerling meer in zijn mars heeft dan de leerkracht dacht. En met die gedachte ging die kleine van ons dan ook onbevreesd naar school deze week. Er hing niets af van de toets, ze had het advies van haar keuze al binnen en ze hoefde niet per se te pieken.

Op zich was ik daar als ouder wel blij mee: het scheelt toch stress. De huidige generatie tieners zegt gebukt te gaan onder stress en verwachtingen, en het lijkt best een goed idee om die stresslevels waar mogelijk wat te temperen. Hoewel… stress kan ook iets goeds zijn: stress kan er ook voor zorgen dat je ‘aan’ gaat, dat je gespannen en gedreven bent om een topprestatie te leveren, te pieken op het juiste moment. Net als onze generatie bij de Citotoets, zeg maar.

Dat pieken zagen we de afgelopen weken ook terug bij Unitas: we hebben echt goed meegedaan in de wedstrijden tegen de topteams, maar we wisten in ons achterhoofd ook dat dat niet de wedstrijden waren die er écht om deden. De belangrijkste potjes speel je toch tegen je directe concurrenten, zoals KCC en HKC. En in die wedstrijden presteerden we maximaal. En dat je vorige week bonuspunten pakt tegen een zwak KZ, is dan mooi meegenomen. En wie weet wat er vanavond te halen valt: BW is niet per se beter of slechter dan KZ, en met onze vorm is niets mis. Toch lijkt de wedstrijd van vanavond op papier minder ‘belangrijk’ dan die van volgende week.

Je kunt ook niet altijd pieken. Logisch, want als je continu op een hoog niveau presteert, kun je ook niet spreken van een piek. Dat geldt niet alleen voor een seizoen, maar ook voor je hele (sportieve) carrière. Ik snap bijvoorbeeld Noah wel: je kunt niet continu álles geven in je werk én op het veld. Je lichaam is maar geschikt voor zo’n tien seizoenen amateurtopsport, dus na de pieken van de afgelopen drie jaar is het logisch om langzaamaan na te denken om een klein stapje terug te doen bij zijn en onze vrienden uit Putten. Zijn opvolger zal grote schoenen te vullen hebben. Want zeg nou zelf: die buzzer beater in de hoofdklassefinale, na een seizoen vol strijd en inzet, dat was toch gewoon peak Unitas?